Soms vragen mensen mij tijdens een huisbezoek om advies. Ik weet mij daar niet echt raad mee. Ik heb zoveel minder levenservaring dan de meeste van mijn gesprekspartners. Dan zeg ik iets als: “Ik ben hier om te luisteren en om af en toe een vraag te stellen. Ik heb niet zoveel te geven.” Ik leer juist zelf zoveel van al die gesprekken. Over omgaan met lijden en dood bijvoorbeeld. Mensen hebben vaak een diepe kracht in zichzelf om daarmee om te gaan. Daar kan ik alleen maar bewonderend bij stamelen.
Laatst hoorde ik bij iemand: “Haast je als je tijd hebt, dan heb je tijd als je haast hebt.” Ik heb deze uitspraak zo vaak in mijzelf herhaald, dat ik niet meer weet van wie ik ‘m gehoord heb. Mijmerend probeer ik er iets van toe te passen in mijn eigen leven. En soms herhaal ik deze wijsheid bij een pastoraal gesprek, als een verkapt advies, maar niet van mezelf.
Bij een andere parochiaan kreeg ik een gedicht mee naar huis van Ida Gerhardt. Zij schrijft over wat je kunt doen als je ‘kwade dagen’ hebt. Het eindigt met:
Zoek het bij een goede vriend, u toegewijd,-
een die u niets verwijt, niets vraagt, niets raadt,
maar u verdraagt met uw beschreid gelaat.
Die, zèlf zwijgzaam, u kent voor wie ge zijt
en merkt dat het, nog bevend, berg-op gaat.
Wat heb ik daaraan toe te voegen?
Frits Hendriks, pastoraal werker