In onze Katholieke Kerk wordt er wat afgezegend. Zo wordt er aan het eind van elke viering namens God gezegend of wordt God gevraagd om ons te zegenen. Een zegen is een goed woord, een woord dat goede dingen voortbrengt.
Ouders zegenden daarom hun kinderen vaak voor het slapen gaan, ze gaven ze een kruiske op het voorhoofd. Ik heb dat zelf nooit gehad van mijn eigen ouders, maar toen ik in het klooster zat, zegende de abt, de vader van de gemeenschap, elke avond alle monniken met wijwater. Ik vind het een mooi menselijk gebaar.
Recent kwam zegenen in de Kerk weer ter sprake, omdat het Vaticaan een document uitgaf waarin stond dat homorelaties niet kunnen worden gezegend. De inhoud was niet echt nieuw, we kennen de kerkelijke leer over liefde, seksualiteit, relaties en huwelijk. En ook weten we dat veel Vaticaanse documenten niet overlopen van pastorale gevoeligheid. Veel mensen in de Kerk spraken zich dan ook uit voor een meer menselijke benadering. Ook ‘onze’ abt Bernardus van Koningshoeven schreef een brief, die onze bisschop Gerard op zijn beurt citeerde in een preek.
Maar wat in het Vaticaanse document ook weer eens werd uitgelegd is dat ménsen altijd gezegend kunnen worden. Misschien is wat ze doen niet helemaal volgens de leer, maar als ze God vragen om een zegen dan kunnen ze die krijgen. Want God -en in navolging proberen we dat als Kerk ook- kijkt naar de hele mens. En die mens is in de kern altijd een kind van God en een broeder of zuster van mensen. Hoe moeilijk het soms ook is om iedereen zo te zien.
Ook ik ben mens, ook u bent mens. En misschien heeft u ook weleens behoefte om gezegend te worden. Priesters en diakens zijn er speciaal voor aangesteld, dus u kunt hen daarvoor altijd contacteren. Zegenen is echter zo belangrijk dat elke mens het kan. In het eerste Bijbelboek Genesis roept God Abraham op om een zegen te zijn voor iedereen. In onze daden kunnen we dat laten zien, maar misschien kunnen we ook eens een kruisje over onze geliefden slaan en God vragen om ‘Alle goeds’.
Wie gaat u zegenen?
Frits Hendriks, pastoraal werker.